Misleiding in het collaboratie-archief
Vanaf 2 januari begint de online publicatie van het Centraal Archief Bijzondere Rechtspleging (CABR), en kan iedereen zelf in het archief gaan zoeken. Maar hoe vind je de waarheid over daders en slachtoffers in een archief dat werd samengesteld voor rechtszaken, vol tegenstrijdige verklaringen, getuigenissen en beschuldigingen? Kunnen we op basis van dit archief eigenlijk concluderen wie ‘fout’ was en wie niet, of hebben we straks meer vragen dan antwoorden?
In de eerste weken na de bevrijding werden honderdduizenden mensen opgepakt en geïnterneerd onder verdenking van collaboratie. Het was van groot belang dat zo snel mogelijk werd uitgezocht wie van deze mensen veroordeeld moest worden, en wie onterecht vastzat. Verdachten werden verhoord, getuigenissen werden afgenomen, en ander bewijsmateriaal werd onder enorme tijdsdruk, in chaotische omstandigheden en met te weinig middelen en personeel verzameld.
De verhalen die verzameld werden tijdens deze onderzoeken spraken elkaar vaak tegen. Verdachten probeerden in hun verklaringen hun onschuld te bewijzen. Getuigen konden uit persoonlijke motieven verhalen aandikken of verzinnen, of zich simpelweg niet goed herinneren wat er gebeurd was. Het zou aan een rechter zijn om de verschillende verhalen en bewijsstukken tegen elkaar af te wegen en tot een juridisch oordeel te komen.
Maar het bleek onmogelijk om al deze zaken door een gerechtshof of tribunaal te laten behandelen. Uiteindelijk is van de 425.000 verdachten in de bijzondere rechtspleging van meer dan 60 procent nooit vastgesteld of ze schuldig of onschuldig waren. Hun dossiers blijven incompleet en zonder veroordeling. Kunnen we dan anno 2025 op basis van diezelfde dossiers wél concluderen wie ‘fout’ was in de oorlog?
In het kader van het NIOD-onderzoek naar het CABR deed historicus Ewoud Kieft onderzoek naar misleiding in het archief. Hij bespreekt dit thema op 18 december aan de hand van voorbeelden uit het CABR, van de verrader die beweerde dat hij eigenlijk in opdracht van de geallieerden had gehandeld, tot het SS-lid dat gruwelijke gedetailleerde verklaringen over moorden en martelingen bij elkaar gefantaseerd bleek te hebben. Maar vooral gaan we het op 18 december hebben over de chaos, losse eindjes, onvolledigheid en andere misleidende sporen in het CABR. Welke vragen hebben we over dit archief, en kunnen we die wel beantwoorden?
De avond wordt ingeleid door NIOD-directeur Martijn Eickhoff. Na de lezing is er gelegenheid om vragen te stellen. Dit gesprek wordt gemodereerd door Hinke Piersma, directeur Onderzoek van het NIOD.
Datum en tijd: Woensdag 18 december, 19:30 uur (inloop vanaf 19:00 uur)
Locatie: Stadsarchief Amsterdam, Vijzelstraat 32, Amsterdam
Vragen? Neem contact op via communicatie@niod.knaw.nl